In mijn jeugdboeken zit veel spanning en avontuur en de omgeving waar het verhaal zich afspeelt, is daar een belangrijk onderdeel van. ‘Zeeland spat van de bladzijden af’, zei Bob Lagaay van Omroep Zeeland in een uitzending over ‘Uso in de Oosterschelde’.
Ook in ‘Met een zakmes door de jungle’ zou je het oerwoud van Kameroen bijna een personage kunnen noemen. ‘Adembenemende tocht door de jungle’, schreef de Provinciale Zeeuwse Courant.
Ook in ‘NEHALENNIA, het laatste offer’, mijn boek dat in oktober 2013 verscheen, zijn deze ingrediënten weer volop aanwezig. En hoewel het verhaal zich afspeelt in de derde eeuw, zullen vele lezers terugdenken aan de watersnoodramp van 1953.
Freio’s vader Paluso is met een schip naar Britannia vertrokken. De godin Nehalennia is de enige die Paluso veilig terug kan brengen. Freio moet de godin daarvoor een offersteen aanbieden, maar offerstenen zijn duur en Freio is een arme boerenzoon. Gelukkig krijgt hij hulp van Iden. Maar wie is dat mysterieuze meisje?
Het is de derde eeuw na Chr. De streek die nu Zeeland heet, wordt geteisterd door stormvloeden en brute invallen van de Franken. De Romeinen trekken weg uit het gebied. Freio is veertien jaar en moet voor de boerderij van zijn ouders zorgen en zijn familie beschermen.
Frank van Oosten en zijn vriendin Iris proberen een zeldzaam dier dat ze in de Oosterschelde hebben ontdekt, te redden door het naar de Noordzee terug te brengen. Dat kan alleen via de stormvloedkering. En dat is niet het enige probleem…
Zal Jeroen zijn eenzame tocht door het regenwoud van Kameroen overleven? Drie dagen en nachten zwerft hij moederziel alleen door het vijandige oerwoud. Maar er loert een grotere vijand op hem… Gelukkig heeft hij zijn zakmes bij zich.
